Boomkoekoekshommel
 
Bombus norvegicus



SAMSUNG DIGITAL CAMERA


De Boomkoekoekshommel is een zeldzame koekoekshommel in Vlaanderen. Hij komt verspreid voor, maar steeds in lage aantallen.

Het vrouwtje heeft een smalle gele kraag op het borststuk. Het achterlijf is zwart met een witte achterlijfspunt, met vaak nog enkele oranje haren. Het vrouwtje heeft donkere vleugels. De antenneschacht is ruig behaard. Het vrouwtje meet tot 22 mm.

Het mannetje heeft een smalle gele kraag op het borststuk. Het achterlijf is zwart met een witte achterlijfspunt, met vaak nog enkele oranje haren. Het mannetje kan een smalle gele band hebben aan de basis van het achterlijf, maar dan beperkt tot de eerste tergiet. De antenneschacht is ruig behaard. Het mannetje meet tot 15 mm.

Deze hommel lijkt sterk op de Vierkleurige Koekoekshommel en wordt waarschijnlijk daarom gemakkelijk over het hoofd gezien.

De hommel vertoont een voorkeur voor dennenbossen met een ondergroei van Blauwe Bosbes. Hij komt ook voor langs bosranden en in mindere mate op ruderale terreinen.

Het is een broedparasitaire bij. Hij werd nog niet in het stedelijke gebied opgemerkt, niettegenstaande de Boomhommel, zijn gastheer, daar wel meer en meer voorkomt. De hommel parasiteert waarschijnlijk ook bij de Veenhommel.

Deze hommel blijkt in het kustgebied niet voor te komen.

Deze soort vliegt in één generatie van midden april tot eind augustus. De vrouwtjes die overwinterd hebben vliegen reeds vanaf midden april. Vanaf half juni verschijnen de jonge vrouwtjes. De mannetjes verschijnen vanaf midden mei.

De bij bezoekt verschillende bloemen. De vrouwtjes worden vaak op Braam, Gewone Paardenbloem en Wilgenroosje gezien, terwijl de mannetjes vooral op distels en andere composieten en Reuzenbalsemien worden gezien.